Essen - 4 april

BALEN. Nee, dat is niet de stad waar we nu staan maar een omschrijving van de voobije dag. Het begon nochtans uitstekend vanmorgen. We sliepen een uurtje langer dan thuis op de mooie camperplaats in Kessenich. Even laat als gisteren zette ik de handrem af voor nog een ritje van een dikke 120 km richting Essen. Ja, juist, waar ‘Bestemming X’ opnieuw was in de aflevering van gisterenavond.

De bedoeling was om vandaag te parkeren op een gratis parking aan de Ruhr in Werden, een deelgemeente van Essen. Wegenwerken in het centrum van Werden en bordjes met een camper leidden ons echter naar het ‘Knaus Kamperpark’ een paar honderd meter verder. We kwamen er aan op het middaguur, net op tijd om ons aan te melden. We waren beter wat te laat aangekomen. ‘s Middags van twaalf tot twee gaat de receptie dicht. Ze lieten ons nog vlug binnen met de mededeling dat ik om twee uur mij kon aanmelden. Tijd genoeg dus om even te checken waar we nu eigenlijk beland waren waarbij we achterover vielen van de prijs die ze hier vragen voor een camping die volop aan het renoveren is en helemaal overhoop ligt.

Gelukkig hadden we voor één nacht een plaats op de parking en deden ze toch € 13 van de normale prijs af, nog altijd veel te veel. Alle redenen om er toch nog een mooie dag van te maken met het mooie weer dat we vandaag hebben. Dus haalden we, zoals voorzien, de fietsen van stal om een bezoek te brengen aan het Gruga-park op een tiental km van hier. Een paar kilometer gefietst riep Katleen dat er iets aan haar pedaal scheelde. Bij een stop merk ik dat haar linkerpedaal bijna helemaal losgekomen was. Bij de inbussleutels die ik bij heb, was er geen enkele die groot genoeg is. Dus besloten we om voorzichtig terug te keren maar bij het opstappen kwam de pedaal helemaal los en Katleen lag met een schaafwonde en gescheurde broek onder haar fiets. Te voet terug dus. Gelukkig kon men van de camping een grote inbussleutel lenen zodat het euvel vlug verholpen was. De rest van de namiddag konden we wat lezen, zelfs een tijdje buiten in het zonnetje.

Morgen staat een eerste bezoek aan het industriële erfgoed alhier.